Inspiratie

Kiezen, maar niet verliezen

De laatste tijd hoorde ik dit spreekwoord opnieuw een paar keer toen ik bezig was met breien. En ik ben er geen favoriet van. Ten eerste omdat niemand houdt van verliezen. En ten tweede omdat het zo negatief klinkt. Vandaag wil ik je van het tegendeel bewijzen.

Favoriet

We hebben allemaal een voorkeur. Zeker als het op wol aankomt. Je hebt misschien graag acryl, of liever katoen en anderen zweren bij wol. Dat is allemaal oké. Ieder zijn ding. Er is geen foute keuze, zou ik zeggen.

Maar dan kan je nog wat verder gaan. Want je hebt zachte, maar ook ruwere katoen. Idem voor de andere soorten. En misschien vraagt je project net om die ene soort. Als je veel amigurimi haakt, zal je waarschijnlijk veel werken met de stevigere soort die zorgt voor de vastheid dat je nodig hebt.

Als je voor baby’s een rompertje wil breien is het natuurlijk net andersom. Je wil dan misschien kiezen voor de zachtheid van alpacawol. Zoals ik al zei: er is geen foute keuze. Maar los van de keuze van onze projecten, hebben we over het algemeen toch elk ons favorietje. Geef maar toe.

Kleur

En dan zeker qua kleur. Je ziet misschien graag geel. Je vriendin ziet dan weer graag paars en je mama groen. Maar ook van elke kleur zijn er zoveel mooie tinten. En van dat geel zie je misschien liefst fluogeel. Of misschien toch liever oker. Och ja, die vijftig tinten …

En je kan dan misschien wel graag geel zien, maar veel beter met een ander kleur staan die past bij je teint. Als je een wintertype bent, sta je beter met blauw, groen en rood. En dan vooral de heldere tinten van die kleuren. Want je hebt ook nog pastels en donkere tinten.

Soms is het heel moeilijk om kleur te kiezen. Past die nu echt zo goed bij me? Of past het voor het project dat ik voor ogen heb? Wat geeft het als jij maar vindt dat het past. Soms kan het gebeuren dat je wat twijfelt door wat je omgeving aangeeft. En al mag je zeker luisteren, uiteindelijk maak jij het en wil jij er tevreden mee zijn. Zoals Marie Kondo het zegt: Spark joy!

Garen

Er is ook nog zoveel te vertellen over het type garen. Er is gladde, effen wol. Er bestaat ook bouclé, draad met bling bling, pluizig garen en ga zo maar door. En ook hier zal je project meestal een impact hebben op je keuze. Maar ook hiermee doe je eigenlijk wat je zelf graag wil. Als je het graag pluizig hebt, go for it!

En dan heb je kleuren in één tint. Die zijn helemaal in dat geel dat je zo graag ziet. Maar er zijn ook bollen met bijvoorbeeld twee of drie tinten geel. En dat wisselt dan wat op de bol. Er bestaan ook kleurverlopen: van geel over groen naar blauw bijvoorbeeld. En zo kan je als herfsttype misschien toch voor je lievelingskleur kiezen. Als je nog verder kijkt, zie je ook gespikkelde, tweed en gevarieerde garens. (Ik ben ervan overtuigd dat ik er nog een paar over het hoofd zie.) Dat zijn ook allemaal perfecte keuzes als je ze maar graag ziet.

Keuzes maken

Maar als we keuzes maken, staan we hier niet echt bij stil. Het voelt natuurlijk aan om voor het ene te kiezen in plaats van het ander. Oké toegegeven, soms sta je uren in de wolwinkel om de juiste wol uit te kiezen. Maar ik durf wedden dat je ook wel een keer direct aangetrokken werd door die kleine schat die daar in het rek lag. Dan heb je niet veel meer nodig. Je wil dan enkel nog weten hoeveel je er van nodig hebt.

Maar laten we eerlijk zijn. Soms is keuzes maken echt niet gemakkelijk. Want je kent waarschijnlijk ook het gezegde: “kiezen is verliezen”. En al kan ik begrijpen dat dat waar is, ik geloof oprecht dat je ook heel veel wint. Want als je niet kiest, heb je geen van beide. Als je kiest heb je wel iets. Het is maar hoe je het bekijkt, hé. Is je glas halfvol of half… ?

De dag van vandaag is er ook weer zoveel keuze voor één bepaald artikel. Dat kan ons ook wel keuzestress geven. En dat kan enorm lastig zijn. Want je project kan heel mooi zijn in dat ene kleur, maar het kan even mooi zijn in dat ander kleur. Tja, voor welke kleur ga je dan. Een muntje gooien? Of met de bollen gooien en die die je vangt, wordt het? Opnieuw: kies vanuit je hart. Je kan geen verkeerde keuze maken. Je kan je project later nog eens opnieuw maken in dat ander kleur, toch?

Mijn favoriet

Op dit moment is de Golden Comet van Hue Loco mijn favoriet. Ik ben verliefd op de spikkel en de verschillende kleuren. Normaal gezien heb ik het niet voor oranje. Echt niet. Dat is niet mijn kleur. Maar op de een of andere manier werkt dit voor mij en ben ik er stiekem een beetje verliefd op. Ik heb nog wat over na The Shift cowl en ik ben al aan het denken waarvoor ik de rest zou kunnen gebruiken.

Een nipte tweede is de rode sokkenwol die ik gesponnen heb. Opnieuw is het de kleur die me aanspreekt. Het is zo’n prachtige tint rood, wauw. Kon ik maar meer meekrap vinden, ik zou er zoveel wol mee verven. Op dit moment ben ik ze aan het gebruiken voor de Curio sokken.

Welke wol is op dit moment jou favoriet? Kies je voor kleur of voor structuur? En kan je makkelijk kiezen? Ik hoor het graag. Laat gerust een bericht achter hieronder of deel een foto op facebook. En als je dit bericht leuk vond, vergeet dan ook het duimpje niet. Tot volgende week.

Bronnen

dit en dat

Tech check

Wat weet ik nu van sokken breien? Inderdaad, niet zoveel. Wil ik daarom al mijn prachtige wol gebruiken voor iets dat misschien niet zal lukken? Hmmm, dacht het niet. Daarom kreeg ik het idee om eerst een testsok te breien. Ik vond het wel een behoorlijk slim idee, al zie jij er misschien het nut niet van in. En ja, het lijkt op niet veel. Maar nu weet ik tenminste wat ik al kan en waar ik wil op letten.

Een testsok

In een van de vorige posts kon je al lezen dat ik de Curio Socks van Andrea Mowry wil maken. Maar er zijn dus een paar technieken die ik nog niet zo goed onder de knie heb. Zoals de kitchener stitch, of liever de Finchley Graft. Maar ook de gaatjes waar de hiel splitst.

En omdat ik perfectionistisch ben, wil ik natuurlijk dat het paar van mijn mooie handgesponnen wol wel goed is. Ik wil ze graag zo mooi hebben dat ik ze nooit meer wil af doen. Maar daarvoor moet ik dus eerst nog wat oefenen.

Daarom koos ik wat garen dat ik anders toch nooit zou gebruiken en maakte ik een kleinere versie van de sok. Zo kon ik alle stappen doorlopen en zien of het wel zou lukken. Sommige gingen prima vanaf de eerste keer. Er zijn dan ook nog technieken waar ik maar het beste van kan maken. En voor andere doe ik het toch liever anders. Zo krijg ik dan hopelijk dat fantastisch paar sokken.

Prima vanaf de eerste keer

Het is een sok die gebreid wordt vanaf de top. Nog nooit gedaan. Maar dankzij de handige video’s die vermeld worden in het patroon is het opzetten van de top heel goed gegaan. Ik heb juist zo’n heel klein lusje aan een van de hoekjes, waar ik wel weg mee zal kunnen.

Het patroon volgen was zo gemakkelijk. Alles staat heel goed uitgelegd. Daarom kon ik netjes alle steken averechts afhalen en het mooie kolommeneffect bekomen. Maar laat je niet misleiden door de kleur van de wol hier. Het maakt de strepen uit zichzelf. Voor de echte sokken zal ik twee kleuren gebruiken. De rode en gele sokkenwol die ik zelf spon. Met een beetje geluk heb ik nog genoeg geel over om een tweede paar te maken samen met het paars.

Het middengedeelte van de voet en het been gingen zo makkelijk dat ik hier wat minder rijen deed. Net genoeg om makkelijk de hiel te kunnen breien. Het engste deel van de sok (voor mij toch). De rij met restwol voor de hiel om dan later los te maken ging daarom ook goed. Op dit moment had ik het gevoel dat het wel goed ging komen. Maar ik had de hiel natuurlijk nog niet gebreid.

Het beste ervan maken

Verrassend genoeg heb ik aan de ene kant van mijn hiel geen gaatjes en aan de andere wel. Misschien spande ik mijn draad niet genoeg aan of nam ik op de verkeerde plek extra steken op. Geen idee. Ik hoop gewoon dat ik het zal kunnen minimaliseren voor de echte sokken. Maar stel nu dat dat niet het geval zou zijn. Dan kan ik gelukkig nog altijd de gaatjes dicht naaien.

De kitchener stitch heb ik eigenlijk al afgeschreven. Ik kan toch nooit onthouden in welke volgorde ik moet naaien en welke steken ik dan mag laten vallen. En als ik het zo hoor, ben ik niet de enige. Daarom had ik al een tijdje geleden besloten om die te vervangen door de Finchley Graft. En dat ben ik nog steeds van plan. Al was ik halverwege even afgeleid, omdat mijn draad per ongeluk over de naald kwam in plaats van eronder. Daardoor staan de steken precies wat scheef. Maar als ik weet hoe ik het kan voorkomen, is dat ook al een hele geruststelling.

Toch liever anders

En natuurlijk zou ik mezelf niet zijn, als ik het toch niet liever net iets anders wil doen. Ik wil de band van de hiel (die schuine lijn) smaller maken. Ik weet het niet, maar ik vind ze net iets te aanwezig. In plaats van vier steken wil ik er 2 gebruiken. En dat komt dan vanzelf overeen met de stekenkolommen aan beide zijden van de sok.

Maar dan. Mijn steekverhouding komt natuurlijk helemaal niet overeen, omdat ik mijn eigen wol gebruik. Dat wil zeggen dat ik een heleboel rekenwerk heb om de juiste cijfers te verkrijgen. Het is natuurlijk de bedoeling dat de sok past, hé. Als ik mijn hoofd er even bij kan houden, komt dat wel goed. Al kan ik pas zeker weten dat de sok past als ze af is en ik ze kan aandoen. Oh, ik hoop zo dat ze zullen passen. Ik wil geen tweede paar die ik niet kan dragen.

Ik ga ook de sok binnenste buiten breien via de techniek van het Portugees breien, dat wil zeggen dat ik alle steken omgekeerd brei. Nee, ik maak het niet moeilijker dan het is. Een rechtse wordt een averechtse. Twee steken rechts samen breien wordt twee steken averechts samen breien. Ik ben dat ondertussen al gewoon. Ik heb het liever zelfs. Ik brei sneller op die manier en heb minder last van mijn handgewrichten en nek.

Door deze testsok heb ik goeie moed gekregen. Ik weet wat het resultaat zal zijn en dat ik het kan. Het enige wat ik nu nog hoef te doen is starten.

Hoe sta jij tegenover sokken breien? Easy peasy of een ware nachtmerrie? En wat is je favoriete hiel? Ik ben nieuwsgierig. Laat gerust een bericht achter hieronder of deel een foto op facebook https://www.facebook.com/groups/hetsjettekastje. En als je dit bericht leuk vond, vergeet dan ook het duimpje niet. Tot volgende week.

Bronnen

Nieuwe werken

Azteca trui

Wat ben ik blij. Weer een project afgewerkt. Ja, ik weet het. Het is niet het aantal dat telt, maar het plezier van het maken. Dus ben ik blij. Het voelt als even geleden dat ik nog een trui gemaakt heb. Maar eigenlijk lijkt dat alleen maar zo. Het komt door The Shift van Andrea Mowry en de cowl (verrassing!) die ik tussendoor nog breide. De laatste trui was voor mijn broer en is zo’n twee maand geleden afgeraakt.

Details

Wat werkte

De Azteca wol had ik nog liggen tussen mijn voorraad. Ik had ze in 2021 besteld voor Black Friday en besloot ze nu eindelijk te gebruiken. Het werkte stimulerend om de bollen uit te halen en mijn voorraad wat te zien slinken. Want, waarschijnlijk net als jij, ben ik iemand die veel te veel wol heeft en altijd graag wat bijkoopt als er iets moois beschikbaar is.

Het patroon is wel geschreven voor de dunnere versie van Azteca, namelijk Azteca Fine Lux. Maar omdat ik dus nog de Azteca wol had, koos ik uiteraard daarvoor. Het was wel wat rekenwerk, omdat mijn steekverhouding dus helemaal niet overeen kwam met die van het patroon. Maar dat hield me niet tegen. Aan de hand van de teltekening en mijn steekverhouding kon ik al gaandeweg het juiste aantal steken en rijen bepalen.

Ik heb wel een aanpassing op het patroon gedaan. Het hele stuk wordt in ribbelsteek gebreid, maar persoonlijk vind ik de randen dan niet zo mooi. Daarom heb ik een kantsteek toegepast. Elke eerste steek heb ik averechts afgehaald zonder te breien. Het toont niet alleen mooier, ik verwachte ook dat het makkelijker zou zijn om de naden dicht te naaien.

Daarnaast ben ik wel heel tevreden met het resultaat, want ze zit als gegoten. Even vreesden we (de creadames van Femma Sjiek en ik) dat de mouwen wel wat nauw waren, maar de ribbelsteek sluit mooi aan. En het lijf zit ook goed. Toen ik het paste had ik er wel een lichte trui onder aan, dus misschien zit die zelfs nog beter dan gedacht. (Al ben ik wel van plan om wat af te vallen.)

Wat heb ik geleerd

Nu de trui af is en ik hem gepast heb, heb ik beseft dat ik een voorkeur heb voor een bepaalde lengte van trui. Ik had hier nog niet bij stil gestaan. Ja, er bestaan cropped truien en langere, maar ik heb het hier over de gewone lengte van een trui. Mijn voorkeur gaat uit naar 54cm, gewoon omdat dat voor mij dan juist lijkt te vallen. Deze trui is net iets korter. Wat ik een heel klein beetje jammer vind, maar waar ik toch mee kan leven. Ik ga er de trui niet voor aan de kant laten liggen.

Tot nu toe was ik altijd op mijn weerhouden geweest voor wol met kleurschakeringen. In het verleden heeft het me niet echt kunnen bekoren en daarom bleef ik er tot nu toe ver vanaf. Maar toen ik de wol kocht, durfde ik het te wagen. En ik ben nu blij dat ik uit mijn comfortzone gestapt ben. Ik heb de kleurwissels gewoon op me af laten komen, zonder manipulaties om de kleuren juist te laten uitkomen wanneer er een nieuwe bol gestart werd. Inderdaad, ik ben flink uit mijn comfortzone gestapt. En het resultaat mag er echt wel zijn, vind ik. In de toekomst zal ik waarschijnlijk nog met de flow meegaan.

Dankzij de app Click up heb ik een mooi overzicht gekregen over de tijd die ik aan deze trui gewerkt heb. Er is een handige time tracker die alles netjes bijhoudt (al haperde die af en toe, ik heb het toch goed kunnen bijhouden). Zo weet ik dat ik 1 dag, 5 uur, 4 minuten en 24 seconden aan de trui gewerkt heb over 38 dagen. Niet slecht, hé. Toen ik het laatst bijhield deed ik er ongeveer 12 weken over.

Evaluatie

Je mag dus gerust zeggen dat ik tevreden ben met het eindresultaat. Al zal ik de trui nog even aan de kant moeten leggen tot de herfst. Tja, dat krijg je als je niet met de seizoenen mee breit. Maar ik dacht eigenlijk dat ik er veel langer zou over doen. Dus ben ik extra tevreden dat de trui zo snel klaar is geraakt. Misschien heeft de dikte van de wol er ook wel iets mee te maken.

En de eenvoudigheid van het stuk en de steken, want alles wordt aan elkaar gebreid in een rechtse steek. Heel geschikt dus voor beginnende breiers. Maar ook leuk om eens iets minder moeilijk te maken voor ervaren breiers. Soms kan dat een welgekomen afwisseling zijn.

Welk project ben jij op dit moment aan het maken? Zijn je hoofd en handen al bij de winter of heb je iets lichters voor de zomer op je naalden? Ik ben nieuwsgierig. Laat gerust een bericht achter hieronder of deel een foto op facebook. En als je dit bericht leuk vond, vergeet dan ook het duimpje niet. Tot volgende week.

Bronnen

dit en dat

Sokkenonderzoek

Het is tijd om moedig te zijn. Sokken zijn altijd nogal riskant geweest voor mij. Een beetje een haat/liefde relatie om het zo te zeggen. Ik heb ze altijd graag willen/kunnen breien. Maar in het verleden was dat niet altijd succesvol.

De wonderlijke wereld van zelfgebreide sokken

Ca va met het eerste paar voor mijn broer. Naar het schijnt heeft hij ze nog altijd en draagt hij ze ook. Maar dat tweede paar voor mezelf was een totale mislukking. Er zaten gaatjes in de hiel en die kitchener stitch was nu ook niet bepaald gelukt. Maar het ergste was nog dat ze helemaal niet pasten. Toen had ik me voorgenomen om geen sokken meer te breien. Ik was geen sokkenbreier.

Maar telkens als het over sokken ging in gesprekken met andere breiers, kriebelde het toch stilletjes van binnen. Hoe zalig zou het zijn om mijn eigen paar sokken te kunnen breien. Sokken die passen uiteraard. Als ik dan toch mag dromen. En ook mooie unieke sokken. Want ik heb zou ze zelf gemaakt hebben en daar trots op zijn.

Maar van die droom ben ik nog veraf. Even terug naar de realiteit. Ik snap de constructie van de hiel helemaal niet. Die verkorte toeren zijn een nachtmerrie en dan die tweede helft van de hiel lukt gewoon niet. Ik zie het en begrijp het niet. Zelfs de jojo-hiel of boemeranghiel gingen moeizaam. Maar als je mij een beetje kent, weet je ook dat ik me daardoor niet laat afschrikken. Het was wat voorzichtig en af en toe twijfelend dat ik op zoek ging naar wat ik wou weten in de wonderlijke wereld van zelfgebreide sokken.

De zoektocht

Dankzij School of Sweet Georgia kwam ik al wat dichterbij. Nu wist ik al hoe je praktisch een sok breit. Maar ik wil graag een hiel zoals je ziet op commerciële sokken en die wordt niet getoond in de lessenreeks. Dus was nog wat bijkomend onderzoek nodig.

En dan heb je ook nog het feit dat je na een tijdje gaatjes krijgt in je sokken. Als we dan toch even realistisch kunnen zijn. Vooral aan de hiel waar je de meeste wrijving hebt. En wat zou het zonde zijn om een gaatje te krijgen in sokken waar je zoveel tijd en energie in gestoken hebt om ze te breien. Nee, dat is niet oké. Ja, je kan die gaatjes stoppen, maar ik merk dat ik daar enorm tegenop zie en ik weet dat het er waarschijnlijk niet van zal komen.

Vandaar mijn keuze voor de aftertought heel. Je maakt een gat in het rechte stuk en breit daar de hiel aan. Omdat je die breit in de andere richting, kan je ze ook makkelijk uittrekken en opnieuw breien zonder dat je sok voor de vuilbak is. Dat leek me wel iets. Maar toen had ik een bijkomende vraag. Hoe weet je nu waar je dat gat maakt? Want de hiel moet ook goed zitten, anders weg comfort.

Uiteindelijk kwam ik via referenties uit bij het Fish Lips Kiss Heel patroon van Sox Therapist. Een goeie om eens uit te proberen als het zover was. Wat later kwam ik de Curio Socks van Andrea Mowry tegen. En ik wist op slag dat ik deze wou breien. Wonder boven wonder, wordt in dit patroon de aftertought heel gebruikt. Ik had mijn eindbestemming bereikt.

Zelfgesponnen sokkenwol

Tijd dan om de wol te spinnen. Tijdens een workshop met Annick had ik wat vezels geverfd met wede, meekrap en blauwhout. En die wou ik heel graag als sokkenwol spinnen. De vezels waren een mengeling van Swifter, Blauwe Texelaar en lokale schapenwol. Ik heb ze per kleur samen gekamd. Alle wede, alle meekrap en alle blauwhout samen.

Zoals ik al aangaf wil ik echt stevige wol voor mijn sokken. Dus waren er keuzes te maken. Worsted spinnen geeft de sterkste draad. Check. En driedraads is wat steviger dan tweedraads. Maar dan nog zijn er veel verschillende keuzes. Een traditonele driedraads, waarbij je alle enkele draden samen in 1 richting twijnt, is het meest bekend. Maar in dit geval niet de beste optie.

De beste optie vond ik in het boek The Spinner’s Book of Yarn Designs van Sarah Anderson. Namelijk Crepe yarn. Check. Voor de spinners: je spint eerst twee enkele draden met een S-twist. Die twijn je dan met een Z-twist. Daarna spin je een derde draad met een Z-twist. Beide Z-twist draden twijn je opnieuw met een S-twist. Het eind resultaat is een gekabeld garen. Sarah legt het heel goed uit in haar boek. Supersterk en ideaal voor sokken.

Basic Crepe Yarn uit het boek The Spinner’s Book of Yarn Design van Sarah Anderson

Recent heb ik de laatste van de kleuren (blauwhout) kunnen afwerken. Al denk ik dat er misschien iets fout gelopen is. Het eindresultaat krult helemaal op… maar toen ik één van de vlechten op een bol winde, leek dat plots verdwenen. Hmmm, vreemd. Ik weet niet goed wat er hiermee aan de hand is. Dus legde ik mijn sokkendroom nog even aan de kant.

Maar nu ik een nieuw project kan starten, wil ik werk maken van die sokkendroom. Ik kocht het patroon en … ik was even overweldigd. Zou dit lukken? Wordt vervolgd …

Hoe is jouw ervaring met sokken breien? Leerde je het vroeger toen je klein was op school of pas later? Wat is je favoriete sokkenwol? Ik ben benieuwd. Laat gerust een bericht na hieronder of deel je foto’s in de facebookgroep. En vergeet ook het duimpje niet als je dit bericht leuk vond.

Bronnen

dit en dat

Bezig blijven

Heb jij soms ook het gevoel dat, ook al ben je met van alles bezig, je niet echt opschiet? Ja, dat kan soms gebeuren. Ik heb er ook even last van. En dan is het goed om alles even te overlopen en te kijken hoever je projecten staan. Daarvan krijg je gegarandeerd een goed gevoel. En je zal beseffen dat je goed bezig bent.

Breien

Op dit moment ben ik bezig met het breien van de Azteca fine lux trui van Katia. Zoals je weet stond die op mijn to do-lijstje. En het is goed dat ik er nu alvast werk van heb kunnen maken. Het is een trui die in één stuk van zij tot zij gebreid wordt. Het enige wat je dan achteraf nog moet doen is dichtnaaien. Ik had nog gewone Azteca wol liggen en heb die gebruikt in plaats van de fine lux variant.

Dat scheelt wel een hele hoop tijd en pak naaiwerk. Met het dikker garen gaat het wat sneller vooruit en minder naaien vind ik persoonlijk aantrekkelijker. Ik ben niet zo’n naaister. Al begint het stuk behoorlijk groot te worden. Op dit moment zit ik net aan het begin van de tweede mouw. Dus nog wat verder doen en dan … hopelijk binnen een paar weken … heb ik een afgewerkt project om te tonen.

Ik heb ook nog de Seeds and Stems Cowl op mijn breinaalden staan, al ben ik nog niet verder. En dat vind ik toch wel jammer, want ik heb een voornemen gemaakt en daar ben je getuige van. Het zou zonde zijn om dat voornemen in de wind te slaan en je teleur te stellen. Dus was ik van plan om na de Azteca fine lux trui hiermee verder te doen.

Daarnaast heb ik ook nog een breiopdracht waar ik binnenkort zal kunnen aan beginnen. Ann vroeg om de Rain Chain trui van Drops Design voor haar te breien van een van haar eigen alpacavachten die door een vriendin Sonja zal gesponnen worden. Die wol is bijna klaar en moet enkel nog gewassen worden. Dan kan ik starten.

Spinnen

Vorige week had ik het over de enige echte Sjettewol van gedoneerde vachten die ik wil verkopen in het Sjettekastje. Daar ben ik ook nog mee bezig. Ik heb de hele week gekamd en gesponnen en heb op dit moment al drie bollen van 50g. De vierde ben ik nu aan het spinnen. Ik ben heel tevreden van het resultaat en ik hoop jij ook als het straks beschikbaar zal zijn.

Ook voor het spinnen heb ik al een volgend project om te starten. Gisteren had ik afgesproken met Griet die graag haar alpacavachten gesponnen zou hebben. Het gaat om drie bananendozen met witte, zwarte en bruine vacht. Het is een hele hoop, maar ik zie het wel zitten. Ik ga de alpaca ook weer mengen met wat schapenwol om een 75-25% garen te bekomen. Zo zal de alpaca minder gaan doorhangen.

Verven

Hmmm, hier sta ik niet zo ver als ik zou willen. Ik heb zon nodig voor het zonneverven, maar die laat het nog wat afweten. Ik klaag niet hoor. We hebben de regen echt wel nodig als we weer zo’n droge zomer krijgen. Maar dat wil wel zeggen dat het wachten is tot de bokalen klaar zijn. Op dit moment heb ik nog geen nieuwe bokalen gemaakt. De paardebloem is nog aan het rijpen.

Het fluitenkruid staat nu ook al mooi in bloei. Maar het heeft geen zin om nu al te gaan plukken, want ik wil het vers gebruiken. Idem voor de brandnetel. Koffie heb ik ondertussen wel genoeg. Maar dan nog heb ik eerst zon nodig. Er zit dus niets anders op dan wachten en hopen op zonnigere dagen. En ondertussen genieten van wat zwarte thee … die ik dan kan sparen om te verven.

Hobbymarkt

Volgende week zijn er Lukkefeesten in Lo. En ik heb het geluk dat ik een standje bij Pélerins du Westhoek kan opstellen. De bolletjes zijn klaar en alles is verzameld. Ik ben er dus helemaal klaar voor en kijk er naar uit om je daar te zien.

De volgende hobbymarkt zal nog eens een Markt van de Makers in Leffinge volgende maand zijn, maar ik weet nog niet welke dag. Dat is een markt waar ecologische, streekeigen en ambachtelijke producten aangeboden worden elke eerste en derde zondag van de maand. Via de facebookgroep kan je zien welke datum het wordt.

Oké, inderdaad. Ik zit niet stil en alles loopt zoals het hoort. Wat zei ik? Gegarandeerd een goed gevoel en beseffen dat je goed bezig bent. Check. Maar ik lees ook graag waar jij mee bezig bent. Laat gerust een bericht onderaan na of volg de facebookgroep. Ben je met meerdere projecten bezig of werk je liever eerst iets af voor je het volgende start? Wat wordt je volgende project? Of zit je nu ook even vast?

Bronnen

Het Sjettekastje

De enige echte Sjette wol

Eindelijk is het zover. Ik ben begonnen met de wol te kammen en spinnen voor de allereerste Sjette. En dan heb ik het over breiwol van een gedoneerde vacht die te koop zal zijn in het Sjettekastje. Dat maakt deel uit van één van de komende uitbreidingen.

Gedoneerde vacht

Toen ik begon met spinnen een paar jaar geleden, had ik moeite om spinvachten te vinden. Zowel online als in de winkel. Toen ik op zoek ging naar vachten bij een schapenboer, leerde ik dat er heel veel vachten gewoon weggegooid worden, omdat het te duur is om te verwerken. Dat vond ik zo’n zonde. Ik besefte toen dat dit eigenlijk volledig past binnen de filosofie van het Sjettekastje. En ben het concept stilletjes aan verder gaan uitdenken.

Schaapscheerders en eigenaars van schapen mogen dus hun vacht komen binnenbrengen in plaats van weg te gooien. Het is dan de bedoeling om daar wol van te maken voor breiers en hakers. Maar ik wil ook voor de spinners een aanbod hebben. Dat zal dan gekamde en gekaarde wol zijn. Zowel geverfd als natuurlijke kleuren.

Zachtheid is een absolute must als het gaat om breiwol. Niemand wil een trui die kriebelt, toch? Dus heb ik wel wat voorkeuren voor de gedoneerde vachten. Zo heb ik bij voorkeur wol met een micron lager dan 25 en wol van een eerste of tweede schering. Maar ook alpacavachten zijn welkom. Die zijn al zacht op zich, dus echte voorkeuren heb ik daar niet voor.

Qua kleuren is alles welkom. Zowel witte als bruine, grijze, zwarte en gemeleerde vachten zijn welkom. De witte vachten zullen geverfd worden met natuurlijke kleurmiddelen, al hou ik wel een paar witte aan de kant. De andere kleuren zullen er dus zeker bij passen.

Kammen of kaarden?

Daar heb ik even over moeten nadenken. Want wat is nu de beste manier om de vezels zo zacht mogelijk te krijgen, zonder al te veel verlies? Het is natuurlijk niet de bedoeling om toch de helft van de vacht te gaan weggooien als het ook anders kan. Dat zou te gek zijn.

En toen herinnerde ik me de opmerking die Annick maakte over de groene wol die ik maakte van haar vlechten. Ze zei dat het heel zacht gesponnen was. Ik gaf aan dat het merinowol is, die sowieso al zacht is. Maar toch zei ze dan, het was heel zacht gesponnen.

En ik heb het zo zacht gekregen door eerst rolags (gekaarde rolletjes) te maken van de gekamde vezels. De lontwol (gekamde slierten) is eigenlijk al gekamd. En door dan telkens een beetje op mijn handkaarder te doen en op te rollen, zorgde dat er voor dat er meer lucht in de wol kon komen, waardoor ik een zachter resultaat bekwam. Dit wordt dus mijn aanpak. Eerst kammen en dan kaarden.

Ik weet het. Een paar weken geleden had ik daar nog een dilemma over. Kammen of kaarden? Want waarom zou je nog kaarden als je toch al je vezels bewerkt hebt? Nu weet ik het antwoord: zachtheid. Mensen gaan me misschien zot verklaren, maar ik denk echt dat ik zo het beste resultaat kan bekomen. Zoals ik al zei, zachtheid is belangrijk en ik heb er geen extra verlies van.

Spinnen

Ondertussen heb ik al genoeg gekamd om te kunnen starten met spinnen. En dat wil ik op een woolen manier doen. Door de twist in de vezels te laten komen, wordt er lucht opgevangen. Deze manier zal ook weer zorgen voor zachtere, maar ook voor warmere wol.

Om te starten wil ik een traditionele 2-draads wol maken met een gemiddelde dikte. Ik denk dat ik rond naald 4 zal uitkomen. Al is dat nog even afwachten, want ik ben zo ver nog niet. Zo’n wol is makkelijk te breien en kan je gebruiken voor gewoon breiwerk en ajour. Ze is ook ideaal voor warme breisels dus.

Later zou ik misschien willen uitbreiden naar een dikkere variant en een sokkenwol. De dikkere variant zal dan nog altijd een traditionele 2-draads zijn, maar dan dikker gesponnen. Misschien voor naald 7-8. De sokkenwol zou ik als crepe-garen spinnen. Dat is een 3-draads waarvan 2 draden een Z-twist hebben die dan met S-twist getwijnd worden. Daarna wordt de derde draad, die een S-twist heeft, daarmee samen getwijnd met een Z-twist. Klinkt waarschijnlijk heel technisch, maar onthou vooral dat het een sterker garen is, ideaal voor sokken. Maar waarom dan daar stoppen. Misschien wil ik ook wel eens iets speciaals maken. Een art yarn of tweed garen bijvoorbeeld. Daar wil ik ook wel nog wat ruimte voor experimenteren laten.

Die laatste opties zullen nog niet onmiddellijk in aanbieding zijn, maar zijn voor later. Nu wil ik mij eerst concentreren op de traditionele 2-draads breiwol en lontwol, rolags en bats (gekaarde mat) als spinwol.

Ik hoop dat ik zo breiers en spinners gelukkig kan maken met fantastische breiwol die lokaal en duurzaam is. En de wol zal Sjette heten. Dit wordt mijn eigen breiwol die ik te koop wil aanbieden en je mag het binnenkort verwachten in het Sjettekastje. Wat vind jij van het idee?

Bronnen

  • The Spinner’s Book of Yarn Designs, Sarah Anderson. (2012). Storey Publishing. Engels. Techniques for Creating 80 Yarns. In dit boek kan je verschillende spintechnieken terug vinden.
Het Sjettekastje

Hattrick sjaal

Toen ik laatst op de Lentemarkt in De Panne stond, maakte iemand een terechte opmerking. Ze wist niet goed hoe ze met haar restjes iets nieuws kon maken. En daarom had ik al de allereerste wedstrijd voor een Sjette restjespatroon uitgedacht. Helaas kwam er nog niet zoveel reactie (zou ik dat toch niet beter annuleren?), dus nam ik even de tijd om de werkomschrijving van mijn laatste sjaal uit te werken.

Hattrick

Ik was al een hele tijd bezig aan deze sjaal en op een gegeven moment heb ik hem ook aan de kant gelegd. Ik wou hem toch graag afmaken en heb daar nu de tijd voor genomen. Toen ik bezig was met breien dacht ik aan de vergelijking met driekleurige pasta (je weet wel wit, groen en oranje) en kwam ik uit bij de naam Tricolore.

Maar toen de sjaal af was, klonk Hattrick gewoon beter. Ruwweg wist ik dat het een reeks van drie wilde zeggen, maar als ik er een patroon naar wou vernoemen, wou ik het toch even in detail bekijken. En het wil eigenlijk het volgende zeggen: Een voetballer maakt een hattrick als hij in één wedstrijd drie doelpunten maakt. Drie draden, drie winners. Een betere naam kon ik dus niet vinden.

Maar technisch gezien komt het woord uit het cricket. Als een bowler drie wickets met drie opeenvolgende ballen nam, was dat een hele prestatie. En voor die truc (trick) kreeg hij een nieuwe hoed (hat).

Het patroon

Techniek:
Categorie:
Niveau:
Datum:
Wol:
Naalddikte:
Steekverhouding:
Maat:
Prijs kit:
Prijs patroon:

breien
accessoires
beginner
april 2023
125g van drie kleuren naalddikte 3.5-4
10 mm
aanpasbaar
1 maat – 20x260cm
€8.50
€2.50

Als je net als ik wat langer over je projecten doet, wil je nu misschien al beginnen aan die warme wintersjaal. Door drie draden samen te breien, kan je met een dikkere naald werken en gaat het nog zo snel vooruit. Tegen de winter kan je lekker genieten van een superlange warme sjaal rond je hals.

Dit is een beginner patroon. Het enige dat je moet weten om te starten is hoe je opzet, rechts breit, een steek averechts afhaalt en hoe je afkant. Je breit heen en weer van beneden naar boven en kan makkelijk zelf te lengte aanpassen door meer of minder rijen te breien. Er worden ook tips gegeven om draadjes in te naaien, kleuren te combineren en de sjaal te blocken.

Er is 1 groot verschil ten opzichte van andere patronen. Normaal gezien krijg je een steekverhouding opgegeven en pas je je wol of naalden aan om die steekverhouding te halen. Maar dat wil soms zeggen dat je niet kan werken met de wol die je zo graag wil gebruiken voor dat project. En als je voet bij stuk houdt, komt er een heleboel rekenwerk bij. Daarnaast breit ook iedereen anders. En dat is helemaal oké. Jij hoeft je niet moeten aan te passen aan het patroon, maar het patroon past zich aan aan jou.

Je rekent zelf uit hoeveel steken en rijen je nodig hebt voor de opgegeven afmeting. Je telt hoeveel steken en rijen je op 10cm hebt, rekent dat om naar 1cm en vermenigvuldigt dan de lengte met dat getal. Voilà, zoveel steken en rijen heb je nodig. Zo eenvoudig kan het patroon voor jou werken.

Kits

Ondertussen heb ik ook al wat grotere hoeveelheden wol binnen gekregen (waarvoor dank) en heb ik wat combinaties kunnen maken voor deze sjaal. Er is wel redelijk wat wol nodig in elk kleur, want het is een lange schaal. Ik wil natuurlijk ook niet dat je te weinig wol zou hebben, dus heb ik ook wat reserve mee gerekend.

Naast de wol zit het patroon ook in de kit. En ik vond het leuk om een minipompon als kleurindicator te voorzien. De kleuren die in de minipompon zitten geven je ook al een idee van hoe de kleuren zullen samenwerken in de sjaal. Je hebt het niet nodig voor de sjaal, maar je kan het later nog voor iets anders gebruiken.

De naalden zitten er niet bij, maar kunnen wel apart bijgekocht worden natuurlijk. Ten eerste had ik niet genoeg naalden van de dikte die nodig is en ten tweede zou het jammer zijn als je al naalden hebt. Dat idee leek me een beetje achterhaald.

Uiteraard is het patroon ook afzonderlijk verkrijgbaar. Want waarschijnlijk heb je wel nog wol dat je niet binnen bracht die je zou willen gebruiken. Er staat vermeld hoeveel je nodig hebt en er worden tips gegeven voor kleurencombinaties. Zo kan je ook makkelijk aan de slag.

Heb je interesse in een kit of het patroon. Dan kan je via onderstaand formulier contact opnemen. De kits hebben een beperkt oplage (op=op) en zijn telkens uniek. Later kunnen er wel nieuwe bijkomen. Het patroon blijft beschikbaar. Kom je naar de Lukke-markt op 21/5/2023? Daar zullen ze ook beschikbaar zijn.

Hopelijk heb je plezier bij het maken van deze sjaal. Je mag je vooruitgang en foto’s altijd delen in de facebookgroep. Doe je mee?

Bronnen

Nieuwe werken

The Shift Cowl

Wauw, vandaag kan ik je alweer een nieuw item tonen. Ik ben superblij dat het zo snel afgeraakt is. Want ik heb het er al vaak over gehad en ik wou deze al zo lang maken. En nu is het dus gelukt. De Shift Cowl is af.

Het is een patroon van Andrea Mowry die het in 2018 uitbracht en het is redelijk populair. Je zal het waarschijnlijk al zien passeren hebben. Het motief is zo in de smaak gevallen dat er ook shawl, muts, trui en cardigan van deze reeks bestaat. En het is zo leuk hoe er met kleur gewerkt wordt.

Details

  • Patroon: The Shift Cowl door Andrea Mowry
  • Wol: Hue Loco Backyard Chickens
  • Kleuren: Gold Comet (oranje), Pear (groen), Sage (blauw)
  • Gebruikte naalden: metalen rondbreinaald 3.5
  • Mijn steekverhouding: 10 x 10cm = 27st x 35r (wijkt af van het patroon)
  • Maat: 1 maat

Wat werkte

Het patroon is heel duidelijk en grafisch. Het was dus zalig om deze cowl te breien. Na een tijdje heb je het ritme van de steken te pakken en ben je vertrokken. Je breit in mozaïek. Dat wil zeggen dat je in sommige rijen zelfs steken gewoon kan afhalen zonder breien en dat maakt het nog leuker, vind ik. Ik heb er echt van genoten. Ook van de kleurverlopen. Al heb ik zelf wel wat kleuren gewisseld op bepaalde plaatsen. Maar gewoon omdat ik het mooier vond.

Het is ook een heel leuke vorm om te breien. Je breit de cowl heen en weer onder een schuine hoek. Op het eerste zicht kan dat misschien intimiderend lijken, maar alles wordt echt heel goed uitgelegd. Het is leuk, gewoon omdat het eens iets anders mag zijn.

Dit is de eerste keer dat ik een i-cord zelfkant heb gebruikt. Vroeger vond ik het zo’n raar concept hoe die steken dan dichtdraaien, foe. Maar nu ben ik wel helemaal verkocht hoor. Het was even mijn gedachten op nul zetten en het patroon volgen. Ondertussen snap ik hoe het in zijn werk gaat en wil ik het zeker nog gebruiken.

Wat heb ik geleerd

In het starten was ik misschien iets te enthousiast en dacht ik niet na over de volgorde van de kleuren. Ik wou Golden Comet als hoofdkleur, dus koos ik dat als kleur A. Later bedacht ik me dat ik dat beter als kleur B genomen had. Er wordt meest van dat kleur in de achtergrond gebreit. Maar ik had zo iets van, het komt zoals het komt en het is oké zoals het is.

De wol was misschien niet de beste keuze voor dit project. Begrijp me niet verkeerd, ze is zalig om te breien en ik heb genoeg over om nog een prachtig project mee te breien. Maar de steekverhouding was toch niet helemaal oké ten opzichte van de opgegeven wol. Zowel voor het aantal steken en rijen zat ik er een beetje (al dacht ik doenbaar) naast. Daardoor heb ik het gevoel dat ze kleiner uitvalt (hoewel ik ze toch op de opgegeven maat heb kunnen blocken). Dat vind ik enorm jammer, want ik wou deze keer een royale sjaal zoals op de foto’s van het patroon getoond wordt. Daarom zou ik de cowl nog een keer willen breien met wol die meer gepast is.

Er is helaas iets fout gegaan bij het blocken. Bij het opspannen heb ik de hoeken niet helemaal gevonden door de i-cord zelfkant. Het is moeilijk te zien waar de ene zijde stopt en een andere start, omdat het nogal vlot in elkaar overloopt. Daarom heb ik aan de naad achteraan een raar zicht. Het lijkt alsof de sjaal niet juist aan elkaar genaaid is. Boven en onder steekt er zo’n hoekje uit. Bij het opnieuw blocken is dat natuurlijk zo opgelost. Maar zou ik dat wel doen? Het zit toch in de nek en mijn haar valt er over.

Tijdens het breien had ik ook een paar keer een steek laten vallen. Tja, het kan met de beste gebeuren. Ik merkte dat in de rijen met afgehaalde steken het gemakkelijk is om per ongeluk een steek mee te schuiven terwijl dat niet nodig is. Het is waarschijnlijk zo gebeurd. Maar ik heb het telkens op tijd gemerkt en de steek kunnen redden zonder al te veel uit te trekken. Het was toch wel een beetje opletten.

Evaluatie

Eigenlijk vind ik het jammer dat dit project al afgelopen is. Het leek zo snel te gaan. Ik denk dat ik er een kleine maand over gedaan heb. Het mocht ook wel eens snel gaan. Na al die langere projecten, snakte ik naar iets dat wat sneller kon. Het is zeker een aanrader (maar gebruik dan wel wol die meer gepast is, zou ik zeggen).

Ik weet al welk project het volgende zal zijn. Maar ik denk toch nog eens na over die andere wol. Wat denk jij?

Bronnen

dit en dat

Zonneverven

Nu het weer wat mooier weer is, begint het hier te kriebelen. En niet enkel in mijn verftuin, ook om wol te verven. Dit jaar wil ik het iets anders aanpakken met zonneverven. Minder elektriciteit en minder water, maar wel iets meer geduld en prachtige resultaten (alé, dat hoop ik toch).

Vorig jaar

Herinner je je nog vorig jaar toen ik de wol voor mijn back to basics uitdaging verfde? Een van de opmerkingen die ik toen had, was dat de kleuren steeds zo bruin en licht waren. Ik had er zoveel tijd en energie in gestoken en het resultaat was teleurstellend. Ik geraakte gefrustreerd en twijfelde aan mezelf.

Op het einde van de zomer had ik het even gehad en stopte ik zomaar wat wol samen met hoppeblad, aluin en water in een bokaal en zette die in de zon. Foert. Ik had gehoord van een paar collegaspinners dat dit kon. Na een paar weken was ik helemaal verkocht voor deze techniek. Wat een mooie gele kleur. En dat allemaal door de kracht en de warmte van de zon. Zelf had ik niet zo veel hoeven doen. Wat een wereld van verschil was bij het verven van vorig jaar. Enkel alles toevoegen en de bokaal af en toe eens schudden. Meer niet.

Materiaal

Na een kleine investering in bokalen en wachten op de lente (want de zon moet genoeg warmte kunnen geven) kon ik beginnen. Ik ging langs bij Action voor grote bokalen van 5l. Als ik genoeg wol wil verven van een bepaalde kleur, wil ik dat er natuurlijk genoeg wol in kan. En 5l zijn de grootste bokalen die ze beschikbaar hebben. Ik nam er ineens 5 mee. Want er zijn zoveel kleuren die ik dit jaar wil uitproberen.

En dan is het natuurlijk ook tijd om de planten te gaan verzamelen. Vorig jaar heb ik een kleine analyse gemaakt van welke planten wanneer beschikbaar zijn. Daaruit heb ik geleerd dat paardebloem de eerste is. Die geeft zowat de start van het seizoen aan. Dus trok ik mijn (stoute) schoenen aan en ging op plantenwandeling.

Nu hoor ik je zo denken: je mag toch zomaar niet wildplukken. Na mij geïnformeerd te hebben bij mijn contactpersoon van Natuurpunt kan ik je meegeven dat er een nuance is. Er mag enkel op openbaar terrein, in je eigen tuin of privé waar je toestemming hebt worden geplukt. In natuurreservaten en domeinen beheerd door ANB mag dat niet. En natuurlijk wil ik plukken met respect voor de natuur. Dus pluk ik enkel 1 op 20 en geen zeldzame planten.

Ik wil ook geen spoor nalaten. Elke plant heeft zijn eigen steentje bij te dragen in de natuur. Ook paardebloem die velen liever kwijt zijn dan rijk. Bijen en insecten hebben deze nodig om hun start te maken in de lente. Daarom wil ik ook niet te vroeg plukken, al vrees ik dat ik dat wel gedaan heb. Volgend jaar niet meer! En ik wil je ook aanraden om enkel te plukken wat je nodig hebt en niet meer. Heb je het niet nodig, laat het dan staan. Ik wil dit niet promoten.

Zonneverven

De eerste stap was de bloemen afwegen. Ik had ongeveer 245g bloemen (Je kan je wel inbeelden hoeveel bloemen er stonden dan en geloof me, er staan er nog voldoende.). Dus heb ik evenveel wol gewassen. Omdat ik nog niet wist hoeveel wol ik in 1 bokaal van 5l kan doen, besliste ik om het op te delen in 3. Ik stopte de bloemen in de bokalen. Loste dan de aluin op in warm water en voegde die toe. Dan kon de wol er bij en kon ik de bokalen verder opvullen. Nu is alles klaar om in de zon te zetten. De ideale plaats is een zonnige warme plek.

Ik was aangenaam verrast door de kleur die paardebloem geeft. Je kan het vergelijken met fluo geel. Zo ziet het er nu nochtans uit in de bokaal. Misschien dat dit nog wat donkerder wordt bij het drogen. Dat is meestal wel zo. Maar wat leuk hé. Zo’n felle kleur uit een natuurlijke kleurstof halen, maakt me blij. Hiervoor doe ik het.

Beginnersfouten

Na een paar dagen merkte ik wel dat ik een paar beginnersfouten gemaakt heb. Wat normaal is, aangezien deze techniek voor mij nieuw is. Je wil het plantenmateriaal wat meer verdelen in de bokaal. Nu zit alles onderaan, maar de kleurstof zakt. Er kan dus bijna geen kleur bij de wol. Ik kon dit simpel oplossen door de bokalen om te draaien. Maar het is nog beter om een beetje onderaan, halverwege en bovenaan te plaatsen. Zo is er nog meer contact tussen wol en plant, waardoor het proces efficiënter is.

En ik denk dat ik toch wat te vroeg begonnen ben. Ook al is het lente, we zijn ook nog april. Dat wil zeggen dat we nog veel aprilse grillen hebben. We hebben toch ook al zon gehad, maar echt warm is het nog niet geweest. Volgende week zou het beter worden, dus laten we hopen. Op zich is dat niet zo’n groot probleem. Het wil alleen zeggen dat de wol langer in de bokalen zal zitten. Geduld is dan wel een schone deugd.

En als de wol wat langer in de bokaal zit, wil je opletten voor schimmel. Daarom is het belangrijk om elke dag de bokaal toch eens te schudden. Zo was ik vorig weekend met mijn familie op reis en kon ik niet schudden. Je kon heel lichtjes zien dat er schimmel begon te vormen. Nu schud ik weer elke dag en hoop ik dat het geen al te groot probleem zal zijn.

Ik heb al een heleboel ideeën voor volgende kleuren. Ik ben volop bezig met koffiegruis en ajuinenschillen te sparen. En binnenkort komen de brandnetels boven. Al moet ik mezelf wel even inhouden tot het echt warm genoeg is. Welke kleur vind je dat mijn volgende mag zijn?

Bronnen

Nieuwe werken

Mountain Mist Sweater

Het heeft iets geduurd, maar de laatste Mountain Mist Sweater, die voor mijn broer, is ook af geraakt. Oef. Ik heb er wel wat planning voor nodig gehad, maar uiteindelijk is het toch goed gekomen. En ik ben blij dat ik je vandaag een afgewerkt project kan tonen.

Het was de bedoeling om voor Kerst 3 truien te breien voor mijn broer en 2 neefjes van 2 en 4 jaar oud. En ik dacht dat het mooi zou zijn als ze allemaal dezelfde bij elkaar passende trui zouden hebben. Wel met elk hun eigen kleur, zodat er (voor mijn neefjes toch) geen ruzie zou zijn voor wie nu welke trui is.

Details

  • Patroon: Mountain Mist Sweater door Tin Can Knits
  • Wol: Novita 7 Veljestä
  • Kleuren:
    • Jongste neefje: sunflower 268, off-white 010, straw 039, spruce forest 391
    • Oudste neefje: sunflower 268, off-white 010, scilla 102, navy 170
    • Broer: sunflower 268, off-white 010, stone 043, graphite 044
  • Gebruikte naalden: rondbreinaalden 3.5 en 4 metaal
  • Mijn steekverhouding: 10 x 10cm = 18st x 22r
  • Maat:
    • Jongste neefje: 2-4 jaar
    • Oudste neefje: 4-6 jaar
    • Broer: M (met L mouwen)

Wat werkte

Toen ik net beslist had om de truien voor mijn broer en neefjes te breien, wist ik natuurlijk niet welke kleuren ze graag zouden hebben. En al was het de bedoeling dat het een cadeau zou worden, ik wil natuurlijk ook dat ze de trui gaan dragen en de kleuren graag zien. Dus heb ik wel even gebeld. Het grappige was dat het niet zo heel veel heeft uitgehaald. Toen ik vroeg welke kleuren de jongste graag ziet, kreeg ik het antwoord dat hij nog maar 2 jaar is en dat ze dat dan nog niet hebben. De oudste zei vol overtuiging blauw, dus dat was oké. En ik had al eens een trui in grijs gebreid voor mijn broer, dus dat vond ik ook wel een veilige keuze. Toen ik wat kleurencombinaties aan het maken was in de winkel, leek dan groen het beste voor de jongste. En zo was het beslist.

Dit was niet de eerste keer dat ik een top-down trui breide en net als de vorige keer had ik hier ook weer geluk met de steekverhouding. In het patroon staat dat er 24 rijen nodig zijn voor 10cm en dat heb ik heel goed kunnen benaderen. Gelukkig werd er telkens gesproken over het aantal centimeter dat nodig was en kon ik zo vrij vlot omrekenen. Dit wil zeggen dat alle 3 de truien perfect passen. Joepie! Daar zat ik toch wel wat mee in, want ze konden die natuurlijk niet passen tijdens het maken.

Ik volg Melissa van Knitting the stash nu al even en ze heeft een heel hulpvaardige video over het opnemen van steken voor de mouwen. Al heb ik de techniek wel wat aangepast voor dit project. Ze toont de werkwijze voor een trui die van onder naar boven gebreid is, maar ik brei van boven naar onder. De steken die ik dan wil maken zijn die die je anders opneemt van de zoom van de oksel en niet de steken voor de bovenkant van de arm. Ik ben heel blij met het resultaat. Al denk ik wel dat ik nog wat werk heb voor het sluiten van de gaatjes die ontstaan.

Wat heb ik geleerd

Als er één ding is dat ik geleerd heb, is het dat kinderen razendsnel groeien. Als je zelf kinderen hebt, zal je dat wel kunnen beamen. De oudste is nu 4 jaar oud en de trui past net. Dat wil zeggen dat hij hem waarschijnlijk niet zo lang zal kunnen dragen. Maar tijdens het maken dacht ik dat deze maat veel te groot zou zijn en de maat 6-8 jaar nog veel meer te groot zou zijn. Dit is eigenlijk een van de redenen waarom ik niet zo vaak brei voor kinderen. Ze groeien veel te snel voor het werk die in de trui gaat. Maar omdat ik het dit keer wel wou proberen, heb ik een uitzondering gemaakt. Het is met liefde gedaan.

Sinds kort heb ik een nieuwe zwiermachine die het water uit mijn projecten kan halen waardoor de items sneller drogen. Maar de trui van mijn broer was te zwaar voor de machine, dus heb ik het tussen een handdoek gestoken. Omdat het al laat op de avond was, zou ik het de volgende morgen dan opspannen op mijn droogmat. Maar door het contact van het ene kleur met de andere zijn ze een beetje uitgelopen. Het wit is het ergst getroffen. Ook een beetje op het donkergrijs zelfs, al valt dat minder op. Ik vind het zo jammer en dacht dat ik de trui niet meer kan geven aan mijn broer. Maar als ik vraag aan mensen of ze er iets aan zien, valt het hen niet echt op. Misschien is het dan toch oké als ik het zo geef. Misschien wordt het nog lichter bij het wassen.

Bij de versie van mijn jongste neef heb ik wat miserie gehad met de verkorte toeren. Toen ik de steken voor de tweede mouw wou opnemen dacht ik dat ik een fout gemaakt had en wilde ik dat herstellen. Bleek dat het de keerpunten van de verkorte toeren waren. Het heeft me veel zweet gekost, maar uiteindelijk lukte het wel om het te herstellen en de trui af te breien. Soms laat je fouten dus beter gewoon zoals ze zijn. Als het niet opvalt en je kan er mee leven, laat het dan gewoon. Als je er niet mee kan leven, dan raad ik je echt wel aan om het te veranderen. Het is gewoon de afweging die je voor jezelf wilt maken.

Breien met meerdere kleuren waarbij je ze meeneemt aan de achterkant zijn niet echt mijn sterkste kant. Ik maak die draadjes altijd te strak, waardoor het stuk altijd wat bobbelig is. En ik brei dat stuk van de trui al in een dikkere naald zodat de steken meer ruimte krijgen en minder bobbelig worden. Er is nog wel wat ruimte voor verbetering hier.

Evaluatie

Ik ben echt heel tevreden met deze 3 truien. Ik wil er misschien zelfs nog één voor mij maken. Al denk ik dat ik daar nog even mee wacht. 4 keer dezelfde trui breien gaat op den duur vervelen (ook al is het een patroon dat je graag breide) en ik weet ook nog niet welke kleur ik zou gebruiken. Er staat trouwens nog genoeg op mijn to-do lijstje.

Met welk project ben jij bezig?

Bronnen